| |||
afhandelen; behandelen (вопрос); beslissen; besluiten; een besluit nemen; ontknopen; ontwarren; uitmaken; uitwerken (задачу); uitwijzen | |||
oplossen | |||
voor het zeggen hebben (Сова); voor het zeggen hebben (je heb't voor het zeggen: выбирай сам; решай сам; слово за тобой Сова) | |||
| |||
aandurven; besluiten; een besluit nemen |
решать: 18 do fraz, 3 tematyki |
Idiomatyczny | 2 |
Pospolicie | 15 |
Przenośnie | 1 |