относиться | |
posp. | aan de schors blijven hangen; aanbelangen; aangaan; behoren; belangen; betreffen |
с | |
posp. | van |
предупредительность | |
posp. | gedienstigheid |
| |||
aan de schors blijven hangen; aanbelangen; aangaan; behoren (tot-к); belangen; betreffen; zich gedragen (tegen- over к кому-л.); zich verhouden (tot-к); bijhoren (Krijndel); opnemen ("zoiets neem ik hoog op'-- 'к этому я отношусь очень серьёзно" Janneke Groeneveld) | |||
| |||
worden behandeld als (Wif); worden aangemerkt als (Wif) | |||
| |||
afvoeren (ветром, течением); wegbrengen | |||
| |||
betrekking hebben (Veronika78) | |||
Rosyjski tezaurus | |||
| |||
⇒ отнестись | |||
| |||
относительный (igisheva) | |||
относительное |
относиться с : 1 do fraz, 1 tematyki |
Pospolicie | 1 |