предписывать – Dutch translation

Sign in | English | Terms of Use

Google | Forvo | +

предписывать v

dikteren; reguleren; verordineren; aanschrijven; bescheiden; bevelen; dicteren; gelasten; instrueren; regelen; stellen (законы); voorschrijven; verordenen

предписывать кому-л. при употреблении в пассивной форме v

achten (alenushpl)

предписывать: 1 phrase in 1 subject

1

Add | Report an error | Get short URL | Language Selection Tips