DictionaryForumContacts

   English
Google | Forvo | +
noun | adjective | to phrases
slab [slæb] n
agric., forestr. schaaldeel n
chem. blok n
comp., MS plaat f (A contiguous piece of memory)
construct. vloersteen (for floors); vloer m; platte steen; grote tegel; tegel m; afdichting m; betonplaat; aanrechtbank; aanrecht n
el. plaat f
environ., agric. schaal f; schaalhout n; schalen f
hydraul. plaat f (v.beton)
industr. braam f
industr., construct. plavuis m; vloertegel; "slab" f; vel n; houten plaat
industr., construct., chem. glasplaat f; glasschijf f; vlakglas n
mater.sc., construct. glazen bouwsteen
met. plak in eigenlijke zin en rechthoekige knuppel zijn halfplatte tussenprodukten; brood n; strook f; plak f
slabs not of metal n
gen. vloertegels, niet van metaal
to slab n
agric., industr., construct. vierkant bekappen
slab [slæb] adj.
industr., construct. sheet
 English thesaurus
slab [slæb] n
comp., MS Slab (A contiguous piece of memory)
slang a carton of 24 bottles or cans of beer
SLAB [slæb] abbr.
abbr. Silicon Labs, Inc.; Slow, Low, And Banging
abbr., el. subsonic low altitude bomber
abbr., mus. Slow, Loud, And Bangy
abbr., oil slabby
abbr., relig. Students Learning About The Bible
abbr., space stupendously large black hole (MichaelBurov)
abbr., st.exch. Stock Lending And Borrowing
slab: 203 phrases in 21 subjects
Agriculture7
Chemistry4
Communications2
Construction81
Earth sciences5
Economy1
Electronics5
General6
Health care2
Hobbies and pastimes1
Hydraulics2
Industry18
Information technology5
Labor law1
Materials science1
Mechanic engineering5
Metallurgy36
Microsoft1
Natural sciences1
Technology2
Transport17