DictionaryForumContacts

   English
Google | Forvo | +
noun | verb | to phrases
pole [pəul] n
agric. gespleten boomstam; afrasteringspaal m; paal m; poot m; dissel m
antenn. pool f, segment n
commun. pool m
commun., el. pool van een schakeltoestel
construct. heipaal m; pool m (= aspunt); staak m
el. pool van een eenfasetoestel; pool van een gelijkspanningssysteem; mast m
hobby polsstok m
mech.eng. trekpen f
transp. balk m; baken n; boom m
poling ['pəulɪŋ] v
agric. uitzetten van plantrijen met jalons
industr., construct., met. ploeteren
met. polen
poles not of metal, for electric power lines v
gen. palen voor elektriciteitsleidingen, niet van metaal; palen, niet van metaal, voor elektriciteitsleidingen
poles not of metal v
gen. staken, niet van metaal
poles v
el. magneetpolen
 English thesaurus
pole [pəul] abbr.
abbr. po
POLE [pəul] abbr.
abbr., el. point of last environment (restart)
pole: 276 phrases in 29 subjects
Agriculture21
Antennas and waveguides1
Automated equipment1
Chemistry2
Coal4
Communications8
Construction24
Earth sciences31
Economy5
Electronics47
Environment1
Finances1
Fish farming pisciculture8
General16
Hobbies and pastimes3
Hydraulics1
Industry5
Information technology1
Labor law2
Life sciences8
Materials science2
Measuring instruments8
Mechanic engineering37
Medical2
Metallurgy1
Municipal planning1
Natural sciences6
Technology1
Transport28