DictionaryForumContacts

   English
Google | Forvo | +
noun | verb | adjective | to phrases
flush [flʌʃ] n
industr., construct., met. braam f
flush [flʌʃ] v
gen. blozen
chem. doorspoelen
construct. vlak
hydraul. spoelen; spuien
industr., construct., met. persnaad
mech.eng., construct. ingelaten; verzonken
nat.sc., agric. het uitbotten; het uitkomen; loot
flushing ['flʌʃɪŋ] v
agric. voedingsstoot
environ. vlugge afspoeling; doorspoelen; doorspoeling; uitspoelen; uitspoeling; wegspoelen; wegspoeling
environ., engl. flushing
industr., construct., chem. bevloeiingsverwisseling; flushen; ombevloeiing
met. spoelen; spoeling
mun.plan. spoelinrichting voor toiletten
to flush v
IT, dat.proc. uitlijnen; aligneren; justeren
flush left, right, centre v
commun. links, rechts, gecentreerd uitlijnen
flushing Removing lodged deposits of rock fragments and other debris by water flow at high velocity; used to clean water conduits and drilled boreholes v
environ. uitspoeling
Flushing ['flʌʃɪŋ] v
geogr. Vlissingen
flush [flʌʃ] adj.
med. flush
 English thesaurus
FLUSH [flʌʃ] abbr.
abbr., mil., avia. flow of slush
Flush [flʌʃ] v
physiol., abbr. F
flush: 96 phrases in 22 subjects
Agriculture11
Coal2
Communications1
Construction10
Earth sciences4
Electronics5
Environment4
General6
Hydraulics2
Industry3
Information technology2
Life sciences1
Materials science1
Mechanic engineering10
Medical2
Metallurgy4
Microsoft1
Municipal planning2
Oil / petroleum2
Physical sciences1
Technology2
Transport20