DictionaryForumContacts

   German Dutch
Google | Forvo | +
Anbau
 Anbau
agric. afdak; bijgebouw; bebossing; gewas
construct. aanbouw; uitbreiding
environ. teelt
 Anbauen
coal. ondersteunen
 Anbauer
agric. planter
Schlauchspritzgerät

noun | verb | to phrases
Anbau m -(e)s, -ten
agric. aangebouwd gedeelte
Anbau v -(e)s, -ten
agric. afdak; bijgebouw; bebossing; gewas
construct. aanbouw (gedeelte geb. aan bestaand gebouw); uitbreiding
environ. teelt
life.sc., agric. aanplanting
anbauen v
agric. telen; verbouwen
Anbauer v
agric. planter
Anbauen v
coal. ondersteunen
Anbau: 110 phrases in 13 subjects
Agriculture72
Economy8
Environment3
General1
Health care3
Law2
Life sciences1
Mechanic engineering1
Medical2
Natural sciences8
Statistics3
Transport5
United Nations1