DictionaryForumContacts

   English Dutch
Google | Forvo | +
pier
 pier
mech.eng. aanlegsteiger
transp. construct. stijl; havenhoofd; havendam; draagzuil; kolom; pijler
transp. tech. industr. pier
 piers
chem. el. kelder voor in-en uitlaat
| jetty
 jetty
transp. nautic. construct. steiger
| wharf, landing stage
 wharf, landing stage
construct. aanlegsteiger

noun | adjective | to phrases
pier [pɪə] n
construct. liseen; lisene (pilaster); rechtstand m (of a vault, van gewelf)
hydraul. kolom f (dikke-); poer
mech.eng. aanlegsteiger m
transp., construct. stijl m; havenhoofd n; havendam m; draagzuil f; kolom f; pijler m; pilaar m
transp., tech., industr. pier m
piers [pɪəz] n
chem., el. kelder voor in-en uitlaat
life.sc., industr., construct. hoofden in zee
gate pier [pɪə] n
construct. pijler m
pier [pɪə] adj.
hydraul. stiep
 English thesaurus
PIER [pɪə] abbr.
abbr. Pier
abbr., el. pressure-induced extra resonance
abbr., file.ext. Procedures for Internet/Enterprise Renumbering
abbr., immunol. Proteolytic Induced Epitope Retrieval (Палачах)
abbr., med. Physicians Information And Education Resource
pier: 78 phrases in 8 subjects
Chemistry2
Construction33
General2
Hydraulics8
Law8
Materials science1
Mechanic engineering5
Transport19