DictionaryForumContacts

   Dutch
Terms containing praten | all forms | exact matches only
SubjectDutchRussian
gen.aan het praten zijnвести разговор
gen.aan het praten zijnбеседовать
gen.de tijd met praten zoekbrengenпроводить время в болтовне
idiom.een eind weg pratenболтать (Сова)
idiom.een eind weg pratenнести как попало (Сова)
obs.een eind weg pratenтрепаться (Сова)
gen.hij doet niets dan pratenон только говорит/болтает (Ukr)
gen.hij kan praten als Brugmanу него язык хорошо подвешен (Ukr)
gen.hij praatte maar toeон всё говорил и говорил
gen.iem naar de mond pratenльстить (кому-л.)
gen.iem naar de mond pratenподдакивать (кому-л.)
gen.je hebt goed pratenтебе легко говорить
gen.jij hebt mooi pratenтебе легко говорить
gen.krom pratenневнятно говорить
gen.krom pratenплохо говорить
gen.krom pratenковеркать слова
gen.laat hem pratenпусть себе болтает
ed.met handen en voeten praten/uitleggenобъяснять на пальцах (Сова)
gen.onzin pratenговорить вздор
gen.onzin pratenнести околёсицу
gen.over koetjes en kalfjes pratenговорить о пустяках
gen.plat pratenговорить на диалекте
gen.praten als Brugmanговорить как по писаному (Ukr)
gen.praten als een eksterтрещать как сорока
gen.praten als een kip zonder kopмолоть вздор
gen.praten als een kip zonder kopговорить чушь
gen.praten in een rel doorговорить без умолку
gen.zich in de fuik pratenзапутаться в своих собственных словах