Sign in
|
English
|
Terms of Use
Dictionary
Forum
Contacts
Dutch
⇄
Japanese
Russian
Terms
containing
op zich
|
all forms
|
exact matches only
|
in specified order only
Subject
Dutch
Russian
gen.
de verantwoordelijkheid
op zich
nemen
брать на себя ответственность
(voor-за)
gen.
een verplichting
op zich
nemen
обязываться
gen.
een verplichting
op zich
nemen
брать на себя обязанность
gen.
op zich
по сути
(
TheSpinningOne
)
gen.
op zich
по существу
(
TheSpinningOne
)
gen.
op zich
в принципе
(
TheSpinningOne
)
gen.
iets
op zich
laden
навлекать на себя
gen.
iets
op zich
laden
обременять себя
gen.
iets
op zich
nemen
браться
(за что-л.)
gen.
iets
op zich
nemen
принимать на себя
gen.
op zich
zelf beschouwd
само по себе
gen.
op zich
zelf staan
быть представленным самому себе
gen.
op zich
zelf toepassen
принимать на свой счёт
gen.
opnemen zich
оплачивать
(
ms.lana
)
gen.
opnemen zich
брать на себя
расходы
(
ms.lana
)
gen.
vat
op zich
geven
обнаруживать свою слабую сторону
gen.
zetten zich op
направляться на
(
Сова
)
gen.
zich beroepen op
апеллировать к
(
Vasstar
)
gen.
zich beroepen op
ссылаться на
что-л.
в качестве оправдания для
чего-л.
(
Wif
)
gen.
zich bezinnen op
обдумывать, раздумывать, задуматься над
(
Сова
)
gen.
zich bezinnen op
раздумать, передумать, одуматься
(
Сова
)
gen.
zich groot houden op grote voet leven
жить на широкую ногу
gen.
zich het misnoegen van
iem.
op de hals halen
вызывать недовольство
(у кого-л.)
gen.
zich in het gelid opstellen
построиться
gen.
zich in het gelid opstellen
выстраиваться
gen.
zich met de borst op
iets
toeleggen
отдаваться
чему-л.
всей душой
gen.
zich met
iem.
ophouden
связываться
(с кем-л.)
gen.
zich met
iets
ophouden
заниматься
(чем-л.)
gen.
zich met
iem.
ophouden
водиться
gen.
zich op alle kansen wapenen
быть готовым ко всему
gen.
zich op de borst kloppen
бить себя в грудь
gen.
zich op de borst slaan
бить себя в грудь
gen.
zich
iets
op de hals halen
навлечь на себя
(несчастье)
gen.
zich
iets
op de hals halen
схватить
(болезнь)
gen.
zich op de hoogte stellen op
iem., iets
осведомляться о
чём-л.
, ознакомиться с чем-.л.
(
Veronika78
)
gen.
zich op de hoogte stellen van
стараться узнать
(о ком-л., чём-л.)
gen.
zich op de hoogte stellen van
осведомляться
gen.
zich op de vlakte houden
не высказаться ясно
gen.
zich op de vlakte houden
не сказать своего мнения
gen.
zich op een afstand houden van
iem.
отдалиться
(от кого-л.)
gen.
zich op een voetstuk plaatsen
считать себя выше других
gen.
zich op feiten baseren
основываться на фактах
(
Ukr
)
gen.
zich op genade of ongenade overgeven
сдаться на милость победителя
gen.
zich op glad ijs wagen
взяться не за своё дело
gen.
zich op glad ijs wagen
вступить на рискованный путь
gen.
zich op glad ijs wagen
вступить на скользкий путь
fig.
zich op het hellend vlak bevinden
катиться по наклонной плоскости
gen.
zich op mars begeven
отправляться в поход
gen.
zich op overmacht beroepen
ссылаться на непредвиденные обстоятельства
(
Сова
)
gen.
zich op
iets
toeleggen
усердно заниматься
(чем-л.)
gen.
zich op
iets
toeleggen
специализироваться в
(чём-л.)
gen.
zich op weg begeven
пускаться в путь
gen.
zich op
iets
werpen
набрасываться
(на что-л.)
gen.
zich op zijn gemak voelen
чувствовать себя вольно
gen.
zich op zijn gemak voelen
чувствовать себя свободно
gen.
zich op zijn gemak voelen
чувствовать себя в своей тарелке
(
arini
)
gen.
zich opblazen
чваниться
gen.
zich opdoen
показаться
gen.
zich opdrukken
качать пресс
(
alenushpl
)
gen.
zich opdrukken
отжиматься
(
Kachalov
)
gen.
zich opgeven
зарегистрироваться
(
nadlys
)
gen.
zich ophouden
находиться
gen.
zich ophouden
пребывать
gen.
zich oplossen
рассеиваться
gen.
zich opmaken
прихорашиваться
gen.
zich opmaken
приготовляться
gen.
zich opmaken
собираться
gen.
zich opofferen
приносить себя в жертву
gen.
zich opofferen
жертвовать собой
gen.
zich oprichten
выпрямиться, разогнуть спину
(
Сова
)
gen.
zich opstellen
держаться
(умение вести себя
Lar
)
gen.
zich opstellen
размещаться
gen.
zich opwerken
пробиваться в жизни
gen.
zich verdekt opstellen
засесть в засаду
gen.
zich verdekt opstellen
прятаться
gen.
zich verheffen op
iets
бахвалиться
(чем-л.)
gen.
zich verheffen op
iets
хвастаться
gen.
zich verheugen op
iets
быть в предвкушении чего-л
если речь идёт о будущем
(
alenushpl
)
Get short URL