DictionaryForumContacts

   Dutch
Terms for subject General containing aanspreken | all forms | exact matches only
DutchRussian
aanspreken: dat schilderji spreekt mij niet aanэта картина меня не трогает (Сова)
iem. aanspreken omтребовать (чего-л., от кого-л.)
de fles aansprekenприложиться к бутылке
een schotel aansprekenнаброситься на пищу
Hoe moet ik hem aanspreken?Как к нему обращаться? (Ukr)
iem. in rechte aansprekenпривлекать кого-л. к судебной ответственности (over-за)
met "kameraad" aansprekenназывать кого-л. "товарищ"
zijn kapitaal aansprekenначать тратить свой капитал