DictionaryForumContacts

Morphology analysis
castreren (43) | Verb
1 castreren
2 castrerend
3 gecastreerd
4 castreer
5 castreert
6 castreert
7 castreren
8 castreren
9 castreren
10 gecastreerd
11 gecastreerd
12 gecastreerd
13 gecastreerd
14 gecastreerde
15 gecastreerd
16 gecastreerd
17 castreerde
18 castreerde
19 castreerde
20 castreerden
21 castreerden
22 castreerden
23 gecastreerd
24 gecastreerd
25 gecastreerd
26 gecastreerd
27 gecastreerd
28 gecastreerd
29 castreren
30 castreren
31 castreren
32 castreren
33 castreren
34 castreren
35 gecastreerd
36 gecastreerd
37 gecastreerd
38 gecastreerd
39 gecastreerd
40 gecastreerd
41 castreren
42 castreren
43 castreren
44 castreren
45 castreren
46 castreren
47 gecastreerd
48 gecastreerd
49 gecastreerd
50 gecastreerd
51 gecastreerd
52 gecastreerd
53 castreer