DictionaryForumContacts

Morphology analysis
antwoordenen (23) | Verb
1 antwoordenen
2 antwoordenend
3 antwoordend
4 antwoorden
5 antwoordent
6 antwoordent
7 antwoordenen
8 antwoordenen
9 antwoordenen
10 antwoordend
11 antwoordend
12 antwoordend
13 antwoordend
14 antwoordend
15 antwoordend
16 antwoordende
17 antwoordende
18 antwoordende
19 antwoordenden
20 antwoordenden
21 antwoordenden
22 antwoordend
23 antwoordend
24 antwoordend
25 antwoordend
26 antwoordend
27 antwoordend
28 antwoordenen
29 antwoordenen
30 antwoordenen
31 antwoordenen
32 antwoordenen
33 antwoordenen
34 antwoordend
35 antwoordend
36 antwoordend
37 antwoordend
38 antwoordend
39 antwoordend
40 antwoordenen
41 antwoordenen
42 antwoordenen
43 antwoordenen
44 antwoordenen
45 antwoordenen
46 antwoordend
47 antwoordend
48 antwoordend
49 antwoordend
50 antwoordend
51 antwoordend
52 antwoorden
antwoorden (1250) | Verb
1 antwoorden
2 antwoordend
3 geantwoord
4 antwoord
5 antwoordt
6 antwoordt
7 antwoorden
8 antwoorden
9 antwoorden
10 geantwoord
11 geantwoord
12 geantwoord
13 geantwoord
14 geantwoord
15 geantwoord
16 antwoordde
17 antwoordde
18 antwoordde
19 antwoordden
20 antwoordden
21 antwoordden
22 geantwoord
23 geantwoord
24 geantwoord
25 geantwoord
26 geantwoord
27 geantwoord
28 antwoorden
29 antwoorden
30 antwoorden
31 antwoorden
32 antwoorden
33 antwoorden
34 geantwoord
35 geantwoord
36 geantwoord
37 geantwoord
38 geantwoord
39 geantwoord
40 antwoorden
41 antwoorden
42 antwoorden
43 antwoorden
44 antwoorden
45 antwoorden
46 geantwoord
47 geantwoord
48 geantwoord
49 geantwoord
50 geantwoord
51 geantwoord
52 antwoord
antwoord (45) | Noun, neuter
antwoord singular singular
antwoorden plural plural
antwoord (23) | Adjective
antwoord
antwoorde
antwoorder
antwoorders
antwoordere
antwoordst
antwoordste
antwoorden