DictionaryForumContacts

Morphology analysis
aanroepennen (146) | Verb
1 aanroepennen
2 aanroepennend
3 aanroepend
4 aanroepen
5 aanroepent
6 aanroepent
7 aanroepennen
8 aanroepennen
9 aanroepennen
10 aanroepend
11 aanroepend
12 aanroepend
13 aanroepend
14 aanroepend
15 aanroepend
16 aanroepende
17 aanroepende
18 aanroepende
19 aanroependen
20 aanroependen
21 aanroependen
22 aanroepend
23 aanroepend
24 aanroepend
25 aanroepend
26 aanroepend
27 aanroepend
28 aanroepennen
29 aanroepennen
30 aanroepennen
31 aanroepennen
32 aanroepennen
33 aanroepennen
34 aanroepend
35 aanroepend
36 aanroepend
37 aanroepend
38 aanroepend
39 aanroepend
40 aanroepennen
41 aanroepennen
42 aanroepennen
43 aanroepennen
44 aanroepennen
45 aanroepennen
46 aanroepend
47 aanroepend
48 aanroepend
49 aanroepend
50 aanroepend
51 aanroepend
52 aanroepen
aanroepen | Verb
aanroepen
aanroep | Noun, masculine
aanroep singular singular
aanroepen plural plural
aanroepen (4916) | Verb
1 aanroepen
2 aanroepend
3 aangeroepen
4 aan
5 aan
6 aan
7 aan
8 aan
9 aan
10 aangeroepen
11 aangeroepen
12 aangeroepen
13 aangeroepen
14 aangeroepen
15 aangeroepen
16 aan
17 aan
18 aan
19 aan
20 aan
21 aan
22 aangeroepen
23 aangeroepen
24 aangeroepen
25 aangeroepen
26 aangeroepen
27 aangeroepen
28 aanroepen
29 aanroepen
30 aanroepen
31 aanroepen
32 aanroepen
33 aanroepen
34 aangeroepen
35 aangeroepen
36 aangeroepen
37 aangeroepen
38 aangeroepen
39 aangeroepen
40 aanroepen
41 aanroepen
42 aanroepen
43 aanroepen
44 aanroepen
45 aanroepen
46 aangeroepen
47 aangeroepen
48 aangeroepen
49 aangeroepen
50 aangeroepen
51 aangeroepen
52 aan