DictionaryForumContacts

Morphology analysis
opnieuw (1947) | Adverb
opnieuw
opnieuwen | Verb
1 opnieuwen
2 opnieuwend
3 geopnieuwd
4 opnieuw
5 opnieuwt
6 opnieuwt
7 opnieuwen
8 opnieuwen
9 opnieuwen
10 geopnieuwd
11 geopnieuwd
12 geopnieuwd
13 geopnieuwd
14 geopnieuwd
15 geopnieuwd
16 opnieuwde
17 opnieuwde
18 opnieuwde
19 opnieuwden
20 opnieuwden
21 opnieuwden
22 geopnieuwd
23 geopnieuwd
24 geopnieuwd
25 geopnieuwd
26 geopnieuwd
27 geopnieuwd
28 opnieuwen
29 opnieuwen
30 opnieuwen
31 opnieuwen
32 opnieuwen
33 opnieuwen
34 geopnieuwd
35 geopnieuwd
36 geopnieuwd
37 geopnieuwd
38 geopnieuwd
39 geopnieuwd
40 opnieuwen
41 opnieuwen
42 opnieuwen
43 opnieuwen
44 opnieuwen
45 opnieuwen
46 geopnieuwd
47 geopnieuwd
48 geopnieuwd
49 geopnieuwd
50 geopnieuwd
51 geopnieuwd
52 opnieuw